- Gegevens
- Hits: 1380
Edito
Wanneer ik dit edito schrijf, klettert de regen al dagenlang onophoudelijk tegen de ramen. Het is een kletsnatte novembermaand en de regen valt met bakken uit de lucht. De beken en straten lopen vol maar gelukkig blijft het Waasland ditmaal gespaard van al te veel waterellende. Dat was ooit wel anders. Een regio die wel al dagenlang geteisterd wordt door hevige regenval is de Westhoek. Aan de IJzer houden de lokale besturen en hulpdiensten de waterpeilen nauwlettend in de gaten. Vrijwilligers zijn aanhoudend in de weer met pompen en zandzakjes om het overvloedige water richting zee te voeren. Deze huidige watersnood in West-Vlaanderen doet denken aan zeventig jaar geleden toen zich in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 een watersnoodramp voltrok die nog maanden zou nazinderen. Door een combinatie van springtij, een sterke noordwestenwind en hoge waterstanden braken de dijken langs de Schelde waardoor de dorpen Kallo en Melsele maandenlang onder water stonden. Fred Smet brengt samen met de Beverse ereschepen Karel De Meulenaere het verhaal van de ware catastrofe die de Sint-Ignatiusvloed van 1953 teweegbracht voor de bewoners in de polder van Melsele: verdronken akkers, ondergelopen huizen en boerderijen, verloren vee en persoonlijke goederen. In een tweede artikel brengt onze ‘huisheemkundige’ Richard Willems een ode aan de pompiers van Beveren die sedert meer dan tweehonderd jaar diezelfde Beverse gemeenschap beschermen tegen allerlei rampspoed, van branden tot wateroverlast. Het brandweerkorps van Beveren startte in het begin van de negentiende eeuw als een vrijwilligerskorps maar ontwikkelde zich onder invloed van de uitbreiding van de haven op linker-Scheldeoever tot een professioneel korps van hulpverleners. Gespeend met de nodige anekdotiek worden deze lokale helden op een voetstuk geplaatst. Ten slotte brengt ook Kevin Poschet een boeiend portret van de laatste heer van Beveren: Hugo van Lotharingen. Ook hier komt de impact van watersnood om het hoekje kijken.
De Sint-Clemensvloed (1334) was dan misschien niet de directe aanleiding tot de verkoop van het Land van Beveren door Hugo van Lotharingen aan de graaf van Vlaanderen, het was wel ‘de spreekwoordelijke druppel’ die de emmer deed overlopen. Drie historische bijdragen dus die de wateroverlast en de bestrijding van rampen maar ook de veerkracht van mensen centraal stellen. Drie kansen om lessen te trekken uit het verre en nabije verleden en gewapend met nieuwe historische inzichten onze
klimaatonzekere toekomst tegemoet te gaan.
- Gegevens
- Hits: 1730
Edito
Wanneer u dit vierde nummer ter hand neemt, zijn we alweer aanbeland in december en kunnen we - traditiegetrouw - terugblikken op het voorbije jaar. 2022 was een zeer bewogen jaar met de bloedige oorlog in Oekraïne als meest tragische dieptepunt. Deze oorlog wakkert in het Westen een energiecrisis en inflatie aan die we niet meer gezien hebben sinds de fameuze oliecrisis in 1973, nu bijna vijftig jaar geleden. De onzekerheid die dit teweegbrengt op de financiële markten en de politieke wereld laat zich ook voelen in de Vlaamse huiskamer. Toch biedt deze crisis ook kansen en uitdagingen om na te denken over hoe we onze samenleving voor de toekomst willen vormen. Hoe dragen we zorg voor onze ouderen, maar ook voor onze toekomstige generaties? Deze vraag stelt zich ook in het artikel van Caroline Van de Manacker die de briefwisseling tussen weduwe Dormer en haar kinderen in de achttiende eeuw bestudeert. Hieruit blijkt dat weduwe Johanna Theresia Goubau zeer affectieve banden onderhield met haar familieleden en dat ze tot op late leeftijd haar zakelijk instinct behield. Een sociaal ondersteuningsnetwerk bestond dus ook in de vroegmoderne tijd. Ann Cools maakt het bilan op van honderd jaar sociale huisvesting in Beveren. Ook hier zijn de grote maatschappelijke vraagstukken van tel. De opeenvolgende bouwprojecten van de Gemeentelijke Maatschappij voor Huisvesting (GHM) vormen een weerspiegeling van een tijdgeest en ideeën die er leefden over thema’s als woningbouw en architectuur, samenlevingsvormen en de inname van openbare ruimte en groen. Dat de GMH vandaag de eerste zonnepanelen installeert op sociale huizen is een gebaar dat wijst op een toenemend belang van ecologie en duurzaamheid in onze eenentwintigste samenleving. Ten slotte geeft ook Fred Smet een belangrijke levensles mee: aan de hand van de exemplarische levensloop van pater-scheutist Jeroom Heyndrickx toont hij het belang om sociale bruggen te slaan tussen diverse culturen. Door jaren onverdroten inzet slaagt de ‘vrolijke Vlaamse Chinees’ erin om ontmoetingen te stimuleren tussen lokale christelijke kerken in China en Taiwan en de moeilijke verhoudingen met het communistische bestuur te verbeteren. En zijn we in deze gepolariseerde wereld niet op zoek naar meer mensen die verbinden, die het perspectief van de andere omarmen en openstaan voor samenwerking in plaats van elkaar tegenwerken? Om af te sluiten geeft Richard Willems nog een getuigenis over hoe hij de begrafenis van de Beverse schilder Alexander Ciamberlani bijwoonde, een gelukkig toeval dat ervoor zorgt dat we vandaag in zijn ervaring kunnen delen.
In de rubrieken komt er weer een veelheid aan onderwerpen aan bod: Jeroen Vermeersch brengt heuglijk nieuws over de Kogge en ook Carine Goossens heeft het over de scheepsvaart (weliswaar vier eeuwen later). Koen Van Hoof en Ann Devroe blikken terug op het onroerende en landschappelijke erfgoed en Dirk van Duyse brengt twee feestpublicaties op de leestafel.
Een welgevuld nummer dus, dat verdient om van A tot Z uitgelezen te worden. Veel leesplezier!
- Gegevens
- Hits: 1631
- Toponiem: Beveren
Edito
Als ons land zou worden bezet, aan welke kant zou u zich dan bevinden: de verzetsheld(in), de collaborateur, of de silent majority? De Russische inval in Oekraïne, een buurland van de Europese Unie en de NAVO, doet ons opnieuw stilstaan bij vragen die sedert de Tweede Wereldoorlog tot het verleden leken te behoren. Toch was het een zeer pertinente vraag voor onze voorouders: al eeuwenlang waren zij gewoon aan ‘vreemde’ machthebbers die vaak de volkstaal niet machtig waren. Maar wat als het land effectief door buitenlandse troepen werd bezet en onder controle stond van een regime dat wetten oplegde die radicaal indruisten tegen de lokale gewoonten?
Het is dit jaar precies 225 jaar geleden dat onze streken in de ban waren van de Boerenkrijg, een opstand tegen onder meer de opgelegde dienstplicht en andere repressieve maatregelen van de Franse bezetter. Haasdonk heeft zich door een reeks Boerenkrijgherdenkingen op de kaart gezet als echte Boerenkrijggemeente. Maar ook in Beveren vonden heftige schermutselingen plaats. Dit jaar wordt ook het tweehonderdjarige overlijden herdacht van Jan Frans ‘Eximius’ Van De Velde in die laatste gemeente, een vermaard theoloog en één van de leidende figuren in het intellectuele verzet tegen de Oostenrijkse en Franse overheden op het einde van de achttiende eeuw, maar vooral belangrijk als redder van de Leuvense bibliotheekcollectie. Richard Willems analyseert hoe de Boerenkrijgherdenkingen in Haasdonk ontstonden op het einde van de negentiende eeuw om steeds van karakter en invulling te veranderen. Kevin Poschet staat stil bij de wijze waarop Eximius Van De Velde in diezelfde periode werd gerecupereerd ten dienste van eigentijdse politieke opvattingen. Freddy Buys haalt dan weer de lotingtrommel, steevast een symbool van de strijd tegen de verplichte dienstplicht, uit ons heemkundig museum van onder het stof en komt tot verrassende vaststellingen.
Voor lokale besturen was het in deze periode vaak moeilijk navigeren tussen gehoorzaamheid aan de hogere besturen en bescherming van de lokale bevolking. Carine Goossens dook in het gemeentearchief enkele opmerkelijke vondsten op: aan de hand van de brieven aan de ‘Franse’ burgemeester Eugène Limpens én een omzendbrief betreffende de Boerenkrijg, toont ze aan hoe het lokale gemeentebestuur voortdurend onder druk stond van haar administratieve meerderen. Bert Verwerft kwam dan weer het persoonlijke archief op het spoor van de Beverse pastoor Jan Baptist Cypers, één van de vele geestelijken die weigerden zich te buigen naar de wil van de Franse revolutionairen, en weet een verrassend beeld te schetsen van zowel de pastoor als de dorpsnotabelen.
Dit nummer staat in het teken van een revolutionair tijdperk en hoe wij dat vandaag herdenken. In november vorig jaar is ons vertrouwd bestuurslid Aurèle De Witte ons ontvallen. Aurèle was een echte specialist over deze periode en we hadden maar al te graag op zijn expertise beroep kunnen doen voor dit nummer, dat mede in hommage aan hem is opgedragen.
- Gegevens
- Hits: 1674
Edito
Het voorbije voorjaar kende een koele en grijze lente met weinig zonnige dagen. De laatste coronamaatregelen werden afgeschaft en het sociaal leven hernam zijn gewone doen alsof er geen pandemie was geweest. Het was een voorjaar waarin het bestuur van de Hertogelijke Heemkundige Kring Het Land van Beveren zich boog over het steeds dalende ledenaantal, een fenomeen dat ook andere socio-culturele verenigingen ondervinden. In onze vereniging zien wij enerzijds de veroudering van ons ledenbestand hetgeen betekent dat overleden leden wegvallen. Anderzijds weten wij uit meerdere gesprekken dat ons tijdschrift te weinig bekend is bij het grote publiek. Het Land van Beveren biedt nochtans een breed palet van publicaties aan over het materieel, immaterieel en cultureel erfgoed van de streek. Zowel het verleden als het heden komen aan bod. In alle opzichten proberen wij trouw te blijven aan de doelstellingen van onze kring om op lokaal en regionaal vlak kennis te vergaren, te bewaren voor het nageslacht én te verspreiden. Dat wij hierin slagen bewijzen de 261 tijdschriften die aan dit nummer zijn voorafgegaan en die geraadpleegd kunnen worden in het Erfgoedhuis Hof ter Welle. Naast het tijdschrift organiseert de heemkring lezingen, tentoonstellingen en uitstappen voor het brede publiek. Daarnaast proberen wij via onze website op een hedendaagse manier geïnteresseerden tegemoet te komen. Recent verscheen de Vlaamse canon die heel wat controverse deed oplaaien maar mocht er ooit een Beverse canon samengesteld worden, dan ben ik er vast van overtuigd dat het merendeel van de vensters reeds aan bod kwamen in ons tijdschrift.
Dit alles indachtig richt ik mij tot onze leden om aan ons tijdschrift meer ruchtbaarheid te geven door er met familie en vrienden over te praten. De artikels uit ons tijdschrift kunnen wellicht een aanleiding zijn tot een geanimeerd gesprek dat kan leiden tot een nieuw lidmaatschap. Wees onze ambassadeur, het bestuur zal er je zeer dankbaar om zijn.
In nummer twee van de zesenzestigste jaargang komen naast de gebruikelijke rubrieken zowel kunst, geschiedenis, volkskunde als demografie aan bod. Bestuurslid Ann Cools schrijft het tweede deel over de sociale huisvesting in Beveren. Fred Smet brengt het verhaal van de Heilig Hartkapel van Kallo en historicus Kevin Poschet voert ons terug naar de middeleeuwen tot bij Matthias van Lotharingen en zijn verwevenheid met Beveren. We introduceren in dit nummer een nieuwe rubriek, Kunst Uitgelicht, die zal afwisselen met Museum Uitgelicht en waarin aandacht zal besteed worden aan kunst op Beverse bodem. Ann Cools bijt de spits af met de nieuwe locatie van het glas-in-loodraam van glazenier Staf Pyl. In de museumrubriek heeft Ine Heynen het over de Haasdonkse dierenschilder Alfons Van Meirvenne. In Beveren-Inzicht onthullen Koen Van Hoof en Ann Devroe het mysterie van een klein metalen merkteken aan de gevel van de Sint-Martinuskerk. In de rubriek Archief Geschat besteedt Carine Goossens aandacht aan een archiefstuk uit 1930 dat ons het programma toont van de grote feestelijkheden in Kallo ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van België. Dirk Van Duyse recenseert in Beveren uitgelezen de kookboekentrilogie van Karine Huts en Katherine Valkeniers en ‘Schatten met pootjes’ een uitgave van de Erfgoedcel Waasland.
Veel leesplezier met dit gevarieerd nummer en ik wens jullie namens de redactieploeg een heerlijke vakantie en een aangename zomer toe.